pagina's

woensdag 24 april 2019

De traditie van de rode vlag

Het is weer bijna 1 mei, de dag van de arbeid, met de rode vlag als symbool. Enkele socialisten hebben het initiatief genomen waarbij ze iedereen oproepen op 1 mei de rode vlag uit te steken. (www.rodevlag1mei.nl) De rode vlag is al ver voor de opkomst van het socialisme het symbool van eendracht, strijdbaarheid en verbondenheid. Rode vlaggen, sjaals, capes en rode doeken werden gebruikt bij stakingen, optochten en feesten. Hieronder een kort (onvolledig) overzicht van het gebruik van de vlag voor de opkomst van het socialisme en hoe de vlag het symbool werd van het socialisme.

Stakingen onder veenarbeiders komen al in de 17e en 18e eeuw voor. Ik geef hieronder enkele voorbeelden. In de 17e eeuw horen we over onrust bij de verveningen in Diever, Leggelo en Smilde. In april 1634 brachten enkele kooplieden uit Amsterdam een bezoek aan de veengraverijen aldaar. De kooplieden constateerden, dat er arbeiders waren die onrust stookten. Zij beklagen zich hierover bij de Drost van Drente.

Ook in de 18e eeuw zijn er stakingen. Dit blijkt bijvoorbeeld uit een plakkaat van 18 juni 1728, waarbij bij het graven van het diep te Pekela verboden wordt het “Levaay maken” en “stek roepen”. Verder is er een plakkaat van 3 mei 1721 tegen het verwekken van wanorde te Veendam en Wildervank door arbeiders die niet tevreden waren met het loon, dat door de gecommitteerden van de veenbazen werd vastgesteld.

In 1797 worden strafmaatregelen aangekondigd tegen veenarbeiders, die het werk staken en die met een lap of hemdrok aan een stok, lawaai makende, optrekken, daarbij op trommels slaande.

Stakingen kwamen in de 18e eeuw echter niet alleen voor in de veenderijen in Groningen en Friesland; ook bij de indijking op Zuid-Beveland in 1773 werd door de werklieden gestaakt. De geschiedschrijver vermeld, dat deze werklieden voor een groot deel uit Oost Friesland afkomstig waren.‘ 

Over de stakingen van veenarbeiders en grondwerkers in de 19e eeuw is meer bekend. We horen daarbij ook voortdurend, dat er arbeiders uit Duitsland bij betrokken zijn. (1)

stakingen en de rode vlag

Men sprak in het noorden van Nederland bij het staken van “levay maken.” Van der Molen zegt dat men in de hoogveenafgravingen met “Lawei” een korf bedoelde, die aan het uiteinde van een houten stok was gehangen. Deze houten stok zat weer vast aan een verticaal geplaatste paal. Het ophalen of neerlaten van de korf gaf begin- en eindtijd van de werk-tijden aan. (2) “levay maken “ betekende dan dat men tijdens werktijd de korf neerhaalde en dus stopte met werken. De tochten door het veen werden in Friesland ook wel “bollejagen” genoemd. De stakers trokken in die provincie met een rode vlag door het veen, en riepen andere arbeiders op, zich bij de stoet aan te sluiten. Soms waren er werkwilligen, hetgeen wel eens tot gewelddadigheden leidde. De tochten door het veen of langs openbare werken hadden dus tot doel, dat meerdere groepen arbeiders zich aansloten en dat werkwilligen werden gedwongen te stoppen met werken. Na de tocht door het veen verzamelden de stakers zich op het zogenaamde appel, bijeenkomsten in de open lucht op strategische plaatsen in een dorp. Tijdens die bijeenkomsten werden een of meerdere voormannen gekozen, die voorstelden, bepaalde looneisen bij de werkgevers naar voren te brengen. Deze voorlieden werden wel “appelmeesters” genoemd. Na het appel trokken alle stakers naar de werkgevers. Deze werden een voor een bezocht, en de eisen werden naar voren gebracht. Tot de tachtiger jaren in de 19e eeuw, wanneer bv activisten van de S.D.B. zich met de onderhandelingen gaan bemoeien, hadden de vertegenwoordigers van de stakers weinig of geen speelruimte om te onderhandelen. Er werden eisen gesteld, en die moesten worden ingewilligd. (3)

optochten met rode vlag

Tijdens de massale optochten trok men ook langs verschillende kroegen, waar flink wat drank werd ingenomen. De overheid beschouwde de verschillende stakingen als een verstoring van de openbare orde en er werd politie en marechaussee ingezet om de stakingen te breken en de leiders te arresteren.

Kerst Huisman constateert, dat het uitsteken van een vlag om het begin van een staking aan te geven rond 1880 algemeen gebruikelijk was. Meestal had de vlag een rode kleur: Vlaggen en doeken speelden een grote rol tijdens de optochten die men bij stakingen hield. Dit blijkt uit vele voorbeelden. Zo werd in 1845 in het Friese dorp ter Idzard gestaakt. De staking begon, omdat de veenarbeiders uit hun tenten stokken staken, voorzien van vlaggen en rode wollen dassen. Dit sein werd uit andere trekkerstenten met gelijke seinen beantwoord. Dit was het teken voor het begin van de staking. (4)

Een ander voorbeeld. Op 27 juli 1840 kwamen 200 polderwerkers bij elkaar die werkten aan de ontginning van de Haarlemmermeer. “Allen hadden rode linten aan het hoofd, een haak op de schouder en de groep was voorzien van een rode vlag”. (5) 

0p 18 mei 1823 werd er gestaakt door de kanaalgravers die werkten aan het Noord-Hollands kanaal. Nadat verschillende optochten zijn gehouden om te zorgen, dat zoveel mogelijk arbeiders zich bij d staking zouden aansluiten wilde men optrekken naar de keet van de aannemer op 27 mei. De optocht wordt als volgt beschreven: “Voorop loopt een poldergast in een blauwe militaire rok. met glimmende koperen knopen, een sjako op het hoofd. Hij is gewapend met een lange stok waaraan een rode doek is vastgeknoopt. Het is Arie Boom. Achter dit vaandel wordt circus gespeeld. Twee lopen er krom met netten over het hoofd en Wilgentakken aan het lijf. Ze worden met stokken voortgedreven door Arie Aarts, die tegen iedereen die het horen wil roept: “dit zijn mijn beren”.11 Dan volgen een fluitist, een trommelaar en zelfs heeft iemand een viool meegenomen. En op hun muziek lopen wel 60 mensen mee schreeuwend en dansend. De meesten hebben hun gezicht zwart gemaakt” . (6)

Rode zakdoeken als vlag’ kwamen ook bij andere gelegenheden voor. Over de grote jaarmarkten in Drente wordt geschreven: “in het namiddaguur gaat de dorpsjeugd, die van heinde en ver in gezelschappen van 20 of 30 personen is samengestroomd, zich bij zang en dans, begeleid door strijkmuziek en krassende violen in de herbergen aan pret wijden. Komen zulke troepjes, zoo maakt dit op de kermisbezoekers eenen eigenaardigen indruk. De roode zakdoeken bij wijze van vlag aan een stok gebonden, die heen en weer zwaaien, zijn de symbolen der eendracht, waardoor de jeugd uit elk dorp zich voelt verbonden. Het luide gezang der aangekomenen wordt door de hoera’s der reeds aanwezigen afgewisseld. (7)

strijd om symbolen

Bij de grote veenarbeidersstakingen in de 80-er jaren van de 19e eeuw kreeg de rode vlag echter steeds meer een politieke betekenis. Hij werd het symbool van het socialisme. Activisten van de Sociaal-Democratische Bond en anderen gingen zich met de stakingen bemoeien. Tijdens de appels spraken zij de stakers toe. Zij vonden dat er tijdens de optochten bij een staking geen sterke drank meer geschonken moest worden en dat men zich gedisciplineerd zou moeten gedragen. Bovendien werden er centrale eisen gesteld, zodat er een verband ging ontstaan tussen de acties in de verschillende veenstreken. De centrale eisen waren: afschaffing van de gedwongen winkelnering, etc. Domela Nieuwenhuis, net verkozen in de Tweede kamer, bracht de eisen op politiek nationaal niveau. Hij koos voor een interpellatie in de kamer, waar de centrale eisen. van de stakers ook weer naar voren kwamen. En de rode vlag werd het symbool van het socialisme, en van de eensgezindheid van de arbeiders.

Na een grote kiesrechtdemonstratie van september 1885 was het ontplooien van rode vlaggen in Nederland verboden. Het gebruik van die vlaggen wekte grote ontsteltenis. Krantenberichten uit het buitenland hielden de schrik voor het rode gevaar levendig. Er ontstond in deze tijd een strijd om de gunst van de veenarbeiders. Niet alleen vertegenwoordigers van de Sociaal Democratische Bond trokken naar het veen, ook vertegenwoordigers van allerlei religieuze groeperingen. En zo ontstond er ook een strijd om de symbolische betekenis van de rode vlag. Vertegenwoordigers van de S.D.B. zorgden, dat er leuzen op kwamen als “recht en brood voor allen”. 

Over de Stakingen van 1888 wordt geschreven: bij een optocht van Nieuw-Amsterdam naar Erica en achtergelegen venen had een troep van ca 1500 mannen van de aldaar gevestigde evangelist ter vervanging van hunne rode zakdoeken, van welke zij zich als vaandels bedienden-zich onder dankzegging een nationale vlag laten aanreiken, waarop het rode doek door henzelven in het water geworpen werd, en men onder verheffing van het “Wien Neerlands Bloed” en “Oranje boven” verder het veld introk.

Van belang is hier, dat er niet alleen de vlag als symbool een andere betekenis kreeg en dat er strijd ontstond om de symbolische betekenis van het rode vaandel. Er trad in de 80-er jaren van de 19e eeuw een omslag op in het denken van de arbeiders. De oude cultuur begon te verdwijnen door invloed van socialisten en evangelisten, die de venen introkken. Zij probeerden aansluiting te vinden bij de tradities, die reeds onder de veenarbeiders bestonden. Zoals het te pas en te onpas zingen van liederen, en het gebruik van de rode vlag die nu ook een aanvullende betekenis kregen

Piet van der Lende

(1) Deze voorbeelden worden genoemd in S.J. van der Molen. Turf uit de Wouden. bijdrage tot de geschiedenis van de hoogveengraverij in Oostelijk Friesland tot 1900. Uitgeverij De Tille, Leeuwarden 1978.

(2) Van der Molen blz 267, Turf uit de Wouden

(3) Zie ook Sikko Dubbelboer. Wat met het veen verdween. Historie en humor uit de Drentse veenkoloniën Veendam 1980. En H. J. Prakke- Deining in Drenthe. Van Gorcum/1969

(4) Kerst Huisman. ‘Welke dan gewoonlijk de oproerlingen zijn…’ : de spontane stakingsbeweging in de Friese venen tot 1888. In: Ferdinand Domela Nieuwenhuis : de apostel van de Friese arbeiders / onder red. van J. Frieswijk … [et al.]. – Drachten : Friese Pers. 1988.

(5) J. Mac Lean – Arbeidsconflicten in de periode 1813-1872. Gegevens uit het Kabinet des Konings. Blz 302 In: Tijdschrift voor sociale geschiedenis V (1979) blz 292-313

(6) Vincent Vrooland en Jeroen Sprenger- Dit zijn mijn Beren Een studie over de arbeidsverhoudingen tijdens de aanleg van het Noord Hollands kanaal. Blz 50. De brochure is op het internet te raadplegen. http://www.jeroensprenger.nl/Dit zijn mijn beren/index.html

(7) H.J. Prakke- Deining in Drenthe.

]]>

vrijdag 19 april 2019

Liever #samenvoor14 dan een aalmoes tegen kinderarmoede

@page { margin: 2cm }
p { margin-bottom: 0.25cm; line-height: 115% }

Prinses Laurentien wil de kinderarmoedebestrijden
De afgelopen tijd waren er twee initiatieven om de armoede in Nederlandnu eindelijk eens aan te pakken. Op dinsdag 26 maart presenteerde prinses Laurentien van het Huis van Oranje een nieuw initiatief: eenbrede alliantie van maatschappelijke organisaties en bedrijven die dekinderarmoede willen bestrijden. Daaronder veel gemeenten, ook de gemeente Amsterdam en bedrijven als Rabobank, Menzis, de Aldi enUnilever. Daarnaast vele gerennomeerde organisaties en institutieszoals diverse GGD-en, Jantje Beton, Humanitas, en de ANWB. Politiekepartijen en vakbonden ontbreken. Alleen PvdA-Groen Links Noorderveldstaan erbij. Ik zag dat de SAG Gezondheidscentra ook meedoen, dusmijn huisarts doet ook mee. Op de nieuwe website staat alsdoelstelling dat men ernaar streeft dat in 2030 kinderen niet meer dedupe zijn van armoede en dat er geen gezinnen meer zijn die inarmoede vervallen. De Alliantie Kinderarmoede is ontstaan vanuit eensamenwerking tussen Missing Chapter Foundation, een club opgerichtdoor prinses Laurentien, Alles is Gezondheid en het NederlandsCentrum Jeugdgezondheid (NCJ).Het tweede initiatief was de start van een campagne en de opbouw van eensociale beweging om het wettelijk minimumloon van 9,82 euro bij een38-urige werkweek te verhogen naar 14 euro. De campagne gingzondagmiddag 14 april van start in Rotterdam Zuid. Demonstrantenverzamelden zich op het Afrikaanderplein, middenin een van de armstewijken van ons land. Zij trokken naar de Kop van Zuid, waar ze eenmonument van het cijfer 14 onthulden nabij eenbouwplaats waar het duurste appartement van Nederland zal wordengebouwd. De bouw gaat 15-20 miljoen euro kosten.
De actievoerders ageerden tegen de groeiende ongelijkheid tussen arm en rijk in Nederland die ze willen aanpakken. Het minimumloon, waar zo’nhalf miljoen werknemers voor moeten werken, is de afgelopen decennia sterk achtergebleven bij de reële loonstijging. Omdat het minimumloon achterblijft blijven ook de AOW en de bijstandsuitkeringen achter omdat ze gekoppeld zijn aan het wettelijk minimumloon. De stijging van het wettelijk minimumloon naar 14 euromoet deze onrechtvaardigheid op zijn minst gedeeltelijk compenseren. https://www.veertien.nuHet tweede initiatief is heel wat concreter. Terwijl in het initiatiefvan prinses Laurentien vage voorstellen worden gedaan voor lokale,beperkte donaties aan mensen die in armoede leven, wordt in hettweede initiatief concreet voorgesteld de minimumlonen en de daaraangekoppelde uitkeringen drastisch te verhogen om de armoede over degehele linie structureel te bestrijden. Je kunt van de kapitalistendie met Laurentien samenwerken ook niet verwachten dat ze gaan pleiten voor loonsverhogingen. Ook al hebben de grote bedrijven en de miljonairsin Nederland geld zat. Komt er eindelijk een drastische herverdelingvan de rijkdom? Gaat de Rabobank haar miljardenwinsten investeren inbestrijding van de armoede? Rabobank maakte in 2018 12% meer winstdan het jaar ervoor. De winst steeg naar € 3 miljard, met alsbelangrijkste drijvers lagere kosten en een goed economisch klimaat.Die lagere kosten ontstonden dan weer door te snijden in hetpersoneelsbestand. En de bank had ook tegenvallers. De bank moest in2018 € 100 miljoen extra operationele kosten uitgeven door deafhandeling van het derivatendossier. Dat is het schandaal met derentederivaten, oftewel renteswaps, waarbij banken aan duizendenkleine ondernemers een product hebben verkocht dat ze onverwacht veelgeld kan kosten bij een dalende rente. De regering en de AutoriteitFinanciële Markten (AFM) grepen in en nu moet de bankschadeloosstellingen betalen. Het derivatendossier moet overigensniet worden verward met het libor schandaal bij de Rabobank. Hetlibor rentetarief vormde vier jaar geleden de spil van een wereldwijdmiljardenschandaal met daarin een prominente rol voor de Rabobank.
Unilever topman Paul Polman: ‘Marc Rutte en ikzijn goede vrienden’
Kunt u zich voorstellen dat ik wat wantrouwig ben bij die brede alliantie om de kinderarmoede te bestrijden en meer sympathie heb voor de actie het minimumloon te verhogen? Unilever topman Polman die meer dan tien miljoen euro per jaar verdient, pleitte voor het afschaffen van de dividendbelasting, terwijl multinationals nu in veel gevallen al 0% winstbelasting betalen over het vele geld dat ze verdienen. Met zo’n winstbelasting zou een groot deel van de armoede in Nederland effectief bestreden kunnen worden. Gaat Polman nu de armoede bestrijden? In ieder geval is duidelijk, dat de grote bedrijven het initiatief kunnen aangrijpen om hun geschonden imago wat op tepoetsen met lokale beperkte initiatieven waarbij de onrechtvaardigeverdeling tussen arm en rijk een beetje buiten de discussie blijft.Laten we de doelstellingen van het initiatief van prinses Laurentien watnader beschouwen. De eerste vraag is wel, waarom alleen bestrijdingvan armoede onder kinderen? Is armoede onder ouderen, of vanbaanlozen, of migranten en andere groepen niet net zo erg? In Trouwvan 26 maart levert Cok Vrooman, ‘armoede deskundige’ van het SCPen hoogleraar aan de universiteit van Utrecht kritiek op de plannenen initiatieven van prinses Laurentien. “Kinderen zijn niet arm.Hun ouders zijn arm”, zegt hij. Tot nu toe is er in Nederland veelgedaan om de gevolgen van armoede te beperken. Door bijvoorbeeld hetaanbieden van muzieklessen, sportclubjes of een computer aan kinderenin armoede. Maar dit lost het armoedeprobleem niet op, stelt Vrooman.
Cok Vrooman
Om armoede te bestrijden is het volgens Vrooman logisch om te kijkennaar het inkomen van ouders en de uitgaven die ze doen. Ouders hebbengeen werk, kunnen niet genoeg uren maken, verdienen te weinig per uurof hebben bijzondere uitgaven, bijvoorbeeld door ziekte. VolgensVrooman moet voor verschillende thuissituaties bekeken worden hoearmoede structureel kan worden aangepakt. “Kijk naar de oorzakenvan een te laag inkomen. Voor een eenoudergezin werkt de ene oplossing, waar diezelfde oplossing voor een gezin met licht verstandelijk beperkte ouders niet effectief is.” Vrooman benadrukt dat het voor kinderen belangrijk is dat zij ook echt onderwijs volgen op het niveau dat ze aankunnen, want dat is voor hun latere leven doorslaggevend. Ik voeg hieraan toe dat een punt is natuurlijk, datbestrijding van alleen kinderarmoede politiek wat mindercontroversieel is dan de bestrijding van armoede onder anderegroepen. Kinderen, daarvan zegt iedereen, die kunnen er nog niks aandoen dat ze in armoede leven. Maar baanlozen, zeggen vele aanhangersvan het neoliberalisme, laten die maar gaan werken voor een flexibellaag loontje, dan komen ze vanzelf hogerop door hun contacten. Het ishun eigen schuld dat ze in armoede leven als ze dat niet doen. Dusdat ligt controversiëler, en dat kun je niet hebben als je een breedopgezette campagne wilt waar miljoenen achteraan lopen waarbij je jeimago wat wilt oppoetsen.De argumenten voor armoedebestrijding van Cok Vrooman en waarschijnlijk ook de argumenten van het Laurentien-initiatief hoor je wel vaker. De discussie gaat er dan over, of je armoede moet bestrijden door deminimuminkomens structureel te verhogen, of dat dit geen oplossing isvoor individuele en lokale problemen in veel gevallen en ofkleinschalige hulpverleningsinitiatieven niet een betere methodezijn. Tegenstanders van verhoging van het minimum gebruiken meestaldeze argumenten. Punt is natuurlijk dat het geen tegenstelling is.Aan de ene kant kun je niet alle individuele problemen oplossen alsje het minimumloon structureel verhoogt tot 14 euro, aan de anderekant kun je individuele problemen niet oplossen (of alleen oplossenbij schulden als de mensen op een mensonterende 50 euro in de weekworden gezet) als er structureel te weinig inkomen binnenkomt die watmeer ruimte biedt om de individuele problemen aan te pakken.Vooralsnog is het aantal vermelde initiatieven op de website van het initiatief tegen kinderarmoede nogal mager en zal dus de armoede nietstructureel oplossen. Gemeente Hoogeveen zet in op een integraleaanpak van kinderarmoede via signaleren, bespreken en doorverwijzenvanuit onderwijs, sport en wonen. In gesprek met kinderen zelf wordenoplossingen gezocht en via nieuwe samenwerkingen kunnen kinderenblijven meedoen. Dat klinkt nogal vaag. Als Pa en Ma geen geldhebben, wat doe je daar dan aan? Zwitsal (van Unilever) geeft gratisproducten voor gezinnen onder de armoedegrens via consultatiebureausen jeugdzorg. Dat zullen ze bij Zwitsal wel een win-win situatienoemen: arme kinderen worden geholpen en de consultatiebureaus zijnmeer geneigd hun contracten met Zwitsal af te sluiten, nietwaar? Het derde initiatief dat wordt vermeld is de publieksacademie. Op 3 juni wordt een publieksacademie in de stadsschouwburg Groningen georganiseerd. Een bijeenkomst voor lezers van ruim 40 weekbladen om het onderwerp Kinderarmoede bespreekbaar te maken en begrip te creëren voor deze problematiek. Ook een vaag verhaal.Staatssecretaris van Sociale Zaken voor de VVD Tamara van Ark in het kabinet Rutte wordt vervolgens uitgebreid op de website geciteerd. Samengevat: ze vindt de armoede onder kinderen heel erg. En zet dus in opindividualisering van het armoedeprobleem, een initiatiefje hier endaar. Nee, mevrouw van Ark, oplossingen komen pas uit een combinatievan drastische verhogingen van het minimumloon in combinatie met eenbetere bijzondere bijstand voor individuele problemen. Ook daar moetmeer geld naartoe.Het initiatief van Laurentien zet in op lokale initiatieven voorkleinschalige problemen. Dit is voor oplossing van hetarmoedeprobleem de ene kant van het verhaal. Ook in het initiatiefminimumloon 14 euro worden lokale comité’s opgericht van leden enniet-leden van de FNV die behalve meedoen aan de campagne vanuit denieuwe organisatiestructuren ook problemen dichtbij huis, in delokale gemeenschappen en de buurten aan de orde kunnen stellen. Alsprinses Laurentien nu even verklaart dat het haar niet gaat om tot niets verplichtende charitas van de rijken die de onrechtvaardige tegenstelling tussen arme en rijk buiten beschouwing laat, maar om de structurele rechten van mensen die in armoede leven, en dat daar een redelijk inkomen om van te leven bijhoort, dus verhoging van het minimumloon tot 14 euro, dan kunnen er op lokaal niveau mooie samenwerkingsverbanden ontstaan. #samenvoor14Piet van der Lende
 
 ]]>